8 mei 2010

De geheime dienst en Marinus van der Lubbe



Veel Leidenaars kenden Marinus van der Lubbe al van vóór de Rijksdagbrand als een bekend straatagitator. Hij trok de aandacht door zijn optreden als werklozenactivist, waarbij hij demonstraties aanvoerde of uit protest de ruiten ingooide bij de Sociale Dienst. Ook speelde hij een belangrijke rol in de communistische jeugdbeweging van Leiden. Ruim vier jaar voerde hij er als communist energiek actie. Dag en nacht was ie in de weer, hij debatteerde, kalkte leuzen, schreef en plakte manifesten, stond tot diep in de nacht krantjes te stencillen om ze de volgende dag bij de fabriekspoorten en stempellokalen van de werklozen uit te delen.

Door zijn vele activiteiten werd Marinus scherp in de gaten gehouden door de politie in Leiden en de geheime dienst in Den Haag. De geheime dienst heette indertijd Centrale Inlichtingendienst (C.I.). In de meidagen van 1940, bij de Duitse inval, werd het archief van de C.I. door ambtenaren in Den Haag ogenblikkelijk vernietigd. Het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis (ING) heeft in de afgelopen jaren een poging tot reconstructie gedaan van de rapporten van de C.I. in het interbellum, die her en der - onder meer op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau - bewaard bleken te zijn. In het kader van deze reconstructie zijn alle gevonden documenten gescand, in een database-systeem opgeslagen en voor onderzoek beschikbaar gesteld: raadpleeg de volgende website

Marinus gaf indertijd ook een krantje voor scholieren uit: De Por. Daarmee hebben de Leidse politie en de Centrale Inlichtingendienst zich uitvoerig bezig gehouden tot aan de ministers van Onderwijs en Justitie toe, zo blijkt uit de databank van het ING. Er waarde kennelijk een spook door Leiden omdat Van der Lubbe uit porren ging. "Mijn gehele personeel", schreef de Leidse commissaris van politie R.J. Meyer destijds in een geheim rapport, "zowel de rechercheurs als het geüniformeerde personeel kent hem. Van der Lubbe is wat men pleegt te noemen 'een brutale vlerk', die steeds het politiepersoneel 'zuigt'. Mijn personeel is zeer op hem gebeten en van hem wordt niets door de vingers gezien. [...] Ik kan hieraan nog toevoegen dat de gedragingen van Van der Lubbe door mijn personeel zoveel mogelijk worden nagegaan."

Lees voor de rapportage van de Centrale Inlichtingendienst verder op...